Vijftien jaar Nederland in Dialoog

Een van de dialoogpioniers in Nederland, Olga Louise Plokhooij heeft een persoonlijke terugblik geschreven op 15 jaar Nederland in dialoog met lessen over de gestructureerde verspreiding van dialoog in de samenleving. Ben je benieuwd naar de geschiedenis van Nederland in Dialoog? Wil je meer weten over hoe het gelopen is en het effect van dialoog? Een korte samenvatting met dank aan Pionier Olga Louise Plokhooij. Lees ook de hele terugblik en lessen van Olga Plokhooij over de gestructureerde verspreiding van dialoog in de samenleving. En lees meer over 1o jaar Utrecht in Dialoog.

Eerste dag van de dialoog in Rotterdam

De allereerste Dag van de Dialoog werd in 2002 in Rotterdam georganiseerd. De initiatiefnemers waren de gemeente Rotterdam en een groot aantal maatschappelijke organisaties. Het stadsdebat in Rotterdam naar aanleiding van de aanslagen in New York op 11 september 2001 bleek niet bij te dragen aan de samenhang in stad. Een platform met actieve Rotterdammers voorzag dat dialoog meer dan geschikt was om bij te dragen aan begrip en verbinding en startte met de organisatie van dialoogtafels tijdens een Dag van de Dialoog. Brahma Kumaris droeg Appreciative Inquiry, het waarderend onderzoeken, aan als vorm van dialoogvoering in combinatie met haar aanpak van meditatie. Het waarderend onderzoeken focust op het vaststellen wat er al goed gaat en waar we van dromen voor de toekomst. Alle ervaringen van deelnemers dragen bij aan het gezamenlijke onderzoek. Het succes van de eerste Dag van de Dialoog in Rotterdam is meteen groot. Roos Nabben: “Mensen nemen een paar uur de tijd en moeite om écht met elkaar te praten. Om te luisteren naar iemand waarmee ze in hun dagelijkse leven niet zo gauw in aanraking zouden komen. Door dit te doen, overwin je je vooroordelen en oefen je jezelf in het onbevooroordeeld luisteren. […] Iedereen hoort bij mij. De dialoog leert mij dat te beseffen.”

Via Amsterdam en Oranjefonds het land in

In 2004 vond de eerste Amsterdamse Dag van de Dialoog plaats met 100 dialogen. Danielle Driessen en Olga Plokhooij gingen hiervoor eerst in de leer bij de Dag van de Dialoog Rotterdam. De tragische moord op cineast Theo van Gogh op 2 november 2004 in Amsterdam verhoogde de urgentie om met elkaar te praten over de verhoudingen tussen verschillende bevolkingsgroepen. Het versterkte de inzet van de gemeente en zorgde voor aanzienlijke deelname van maatschappelijke en religieuze organisaties, scholen, de politie en het bedrijfsleven.

Burgemeester Cohen riep na afloop op om het hele jaar door in dialoog te blijven. Het succes van de Dag van de Dialoog in Rotterdam en Amsterdam was aanleiding om een coalitie te bouwen van nationale partners die gezamenlijk de Dag van de Dialoog door Nederland zouden kunnen verspreiden. In 2005 werd de tweede en derde dialoogdag georganiseerd in samenwerking met een groeiend aantal betrokken organisaties en deelnemers.  Op de derde Dag van de Dialoog was prinses Máxima  in Amsterdam aanwezig. Het Oranje Fonds kondigde kort daarop aan dat het drie jaar zou gaan investeren in de verspreiding van de Dag van de Dialoog in Nederland. Behalve het Oranje Fonds stapten ook de Universiteit van Amsterdam, Kennis Centrum Grote Steden en de Rabobank in. Later gevolgd door supermarktketen Albert Heijn, Woningcorporatie Ymere, het COC, Rode Kruis Nederland en Seats2meet. De kracht van deze nationale coalitie was groot. De partners organiseerden zelf dialoogtafels en nodigden op grote schaal hun achterban en klanten uit om aan te schuiven aan een dialoog. Uit de ervaringen in Rotterdam en Amsterdam werd in 2006 een handboek opgesteld voor organisatoren met daarin de zes pijlers van de Dag van de Dialoog en de dialoogaanpak.

Wat dialoog brengt: Erbij Horen

Volgens Jos Kessels, filosoof en auteur op het gebied van de socratische dialoog is de kracht van de dialoog dat de dialoog mensen het gevoel geeft ergens bij te horen. Een verlangen dat wij allemaal delen.

“Wanneer de traditionele manieren om ergens bij te horen wegvallen en onze vaste identiteiten ‘vloeibaarder’ worden, gaan tijdelijke gemeenschappen een belangrijkere rol spelen. Want identiteit is niet meer een vast, levenslang gegeven, maar de optelsom van degenen bij wie je op enig moment wilt horen. Cohesie is tijdelijke betrokkenheid. De dialoog wordt op de Dag van de Dialoog ingezet als gespreksvorm die ruimte creëert om gezamenlijk betekenis te geven aan ervaringen van deelnemers. Door een kwestie te onderzoeken aan de hand van eigen ervaringen, leren deelnemers elkaars visie, standpunten en achtergronden kennen. De kwetsbare opstelling werkt ontwapenend. Opvattingen over anderen houden geen stand in de aanwezigheid van een persoon die zijn eigen verhaal vertelt met uitleg, toelichting en openheid voor gesprek. Veel deelnemers verbazen zich niet alleen over de ander maar ook over hun eigen vooroordelen en aannames”.

Olga Plokhooij in een interview voor de lokale omroep:

“De dialoog kan dragen aan het ombuigen van angst naar nieuwsgierigheid. Angst voor wat onbekend en anders is naar nieuwsgierigheid naar wat er te ontdekken valt over de verschillen. Wat er in jezelf leeft en in de relatie met anderen. Je hoeft je niet te verdedigen, er is tijd, je mag luisteren, vragen stellen en kan daardoor rustig onderzoeken wat je ideeën zijn, hoe anderen denken en voelen, welke nieuwe perspectieven dat oplevert en of je je ideeën en acties bij wilt stellen. Het moet niet, je gaat er zelf over. Het is sowieso verrijkend, ongeacht de uitkomst. De dialoog levert dikwijls, naast persoonlijke ervaringen en inspiratie, nieuwe initiatieven op die de onderlinge binding versterken.”

Loes de Jong, filosoof en jarenlang betrokken bij de Dag van de Dialoog:

“Ik werk al jaren met allerlei vormen van dialoog en nog steeds begrijp ik niet precies hoe de magie van de dialoog ontstaat. De kracht zit in een luisterende houding, het niet meteen oordelen, maar doorvragen. Het gemakkelijke “ja maar…” even terzijde schuiven. Dan ga je zien wat anderen beweegt en jezelf afvragen wat je eigen motieven en overtuigingen zijn – en of die wel kloppen. Woorden werken op elkaar in, herhalen zich in de ruimte en mensen nemen ze weer mee in een hernieuwde betekenis. Ik denk dat dát de schoonheid is van een goed gesprek.”

Naar een landelijke Week van de Dialoog

In 2008 startte de Nationale Week van de Dialoog in de eerste week van november. Door samen op te trekken en alle lokale dialoogdagen in één week te organiseren, werd de omvang van de beweging beter zichtbaar en won deze aan kracht.  In het kader van het Europese jaar van de Interculturele Dialoog werd in 2008 een Europese Conferentie over de Dag van de Dialoog georganiseerd met vertegenwoordigers uit zestien landen aan deelnamen. Na afloop van de conferentie wordt de Dag van de Dialoog ook in België, Duitsland en Zweden opgepakt.

Nederland in dialoog groeide uit tot een beweging van:

  • 100 lokale dialoognetwerken
  • 40 getrainde trainers
  • Zo’n 3000 getrainde gespreksleiders
  • 10 landelijke en honderden lokale partnerorganisaties
  • bekende ambassadeurs en
  • een stichting met bestuur.

Eind 2011 wordt de Stichting Nederland in Dialoog opgericht. De Stichting Nederland in Dialoog werkte aan een bredere verspreiding van de dialoogaanpak dan alleen op de Dag van de Dialoog. En aan toevoeging van de dialoog aan bestaande landelijke (maatschappelijke) initiatieven zoals de Vredesweek, de Week van Respect en de Nationale integratiediners. Een belangrijke activiteit  was het partnerschap met de Rabobank en het Wereldnatuurfonds (WNF) onder de naam World=U met als doel om jongeren in dialoog te brengen rond de thema’s wereldburgerschap, voedsel en klimaat.

Nederland in Dialoog werkte van 2006 en 2011 met een coördinatiebudget tussen de 35.000 en 125.000 euro per jaar met een piek in 2012 van 300.000 euro door inkomsten uit een nieuw partnerschap.

“Het is de visie van Nederland In Dialoog dat onderling begrip en sociale cohesie essentieel zijn voor een land waarin haar bewoners, met al hun onderlinge verschillen en met behoud van hun individuele vrijheden, op een gelijkwaardige, vreedzame en respectvolle wijze kunnen en willen samenleven. Onderling begrip en sociale cohesie zijn niet vanzelfsprekend en zullen continue weer actief tot stand moeten worden gebracht. Een dialooggesprek is een instrument dat ingezet kan worden ter bevordering van onderling begrip en sociale cohesie omdat het onderlinge contact en wederzijdse begrip vergroot en vervreemding tegengaat. Een goed gevoerde, op waarden gebaseerde dialoog het onderscheidingsvermogen van mensen bevordert waardoor vooroordelen kunnen worden getoetst en weerlegt. Dialoog voedt zo het gevoel van eigenwaarde en zelfrespect, waardoor het respect voor elkaar ook kan toenemen. Dialoog creëert een moment van rust in de drukte-van-alledag en ruimte voor een betekenis gevend onderzoek naar wat men individueel en collectief ervaart.”

Onderzoek naar effecten: Praten helpt!

In 2006 onderzocht  Evelien Tonkens van de Universiteit van Amsterdam de effecten van de dag van de dialoog. De uitkomsten van het onderzoek werden gepresenteerd in een rapport met de titel “Praten helpt”. De conclusie: ‘ook incidentele, gestructureerde groepsgesprekken tussen burgers van verschillende achtergrond kunnen een zinvolle bijdrage leveren aan meer onderling begrip en verbondenheid.’ Een aantal uitkomsten uit het onderzoek op een rij:
– 65% heeft mensen ontmoet met wie ze anders niet zo snel in contact zouden komen.
– 80% heeft redelijk tot veel geleerd van het gesprek.
– 41% blijkt over het behandelde onderwerp van mening te zijn veranderd.

Na nog eens vier maanden werden alle geënquêteerden benaderd om te kijken in hoeverre er ook langduriger effecten waren. De 64 enquêtes en 17 diepte-interviews toonden aan dat:
– 81% naderhand door het gesprek aan het denken is gezet.
– 64% nieuwe inzichten heeft gekregen.
– Meer dan 50% interesse heeft in een terugkomdag.

Vlinderlijke Kracht, Vlinderlijke Eenvoud

In 2008 verscheen het boek Vlinderlijke Kracht, Vlinderlijke Eenvoud, verwijzend naar de impact die een ogenschijnlijk kleine beweging van een vlindervleugel kan hebben op lange afstand. In het boek kwamen prominenten en deelnemers aan de dialogen aan het woord over de waarde van het voeren van dialoog.  Ahmed Aboutaleb, voormalig staatssecretaris van Sociale Zaken en nu burgemeester van Rotterdam, schreef in het voorwoord van het boek: “Idealiter geven mensen hun huissleutel aan de buren. Vertrouwen is de basis van een stabiele gemeenschap. Maar op dit moment voert wantrouwen de boven toon in de samenleving en dat baart mij zorgen. Als we bang zijn voor elkaar, dan houdt het op. […] We moeten bruggen slaan om tot elkaar te komen en wantrouwen weg te nemen. Amsterdam en Rotterdam beschouw ik daarbij als sociale laboratoria. De Dag van de Dialoog is een mooi initiatief dat is ontstaan vanuit de Rotterdamse samenleving. De Dag van de Dialoog zou daarom best voorgedragen mogen worden voor de Vredesprijs.”

Landelijke Evaluatie

In 2009 werd een grootschalige evaluatie gehouden vanuit het landelijke netwerk. De ervaringen van de deelnemers tijdens de dialoog stonden centraal. Onderzocht werd onder andere de motivatie en doel om deel te nemen, de tevredenheid van deelnemers en wat de mogelijke gevolgen van de Dag van de Dialoog zijn.

– 92% van de deelnemers was positief over de dialoogaanpak
– 97% vond dat ze voldoende ruimte hadden om hun eigen verhaal te vertellen en
– 99% vond dat er met respect naar hun inbreng werd geluisterd.
– 93% zei iets opgestoken te hebben van de andere deelnemers aan tafel.
– 85% vond dat de Dag van de Dialoog toegevoegde waarde heeft voor hun stad/dorp.
– 67% kreeg een positiever beeld van een of meerdere deelnemers.
– 82% wilde na de Dag van de Dialoog iets doen om het leefklimaat te verbeteren, 32% hiervan wist nog niet precies wat.

Duidelijk was dat diversiteit van netwerk en betrokkenen aandachtspunt blijft. Er namen meer vrouwen dan mannen deel aan het onderzoek, het merendeel was van Nederlandse komaf en bijna de helft van alle respondenten was hoogopgeleid. De dialoogtafels leken homogener te worden naar mate de Dag van de Dialoog langer georganiseerd werd in een plaats.

Herman Wijffels, voormalig voorzitter van de Wereldbank en ambassadeur van Nederland in Dialoog

“Dialoog beschouw ik als de methode van de toekomst. Het is een methode die verbinding legt en waarvan luisteren naar de ander misschien wel het meest essentiële element is. Veel meer dan via discussie en debat, waar veelal het eigen gelijk voorop staat, kan met dialoog gewerkt worden aan gedeelde opvattingen en draagvlak voor de grote maatschappelijke veranderingen die nu aan de orde zijn.” 

Verandering van tijden

In 2009 toonde een adviseur van de Minister President interesse in Nederland in Dialoog om een nationale dialoog over duurzaamheid vorm te geven. Dat paste niet bij het bottom up karakter van de dialoog waar thema’s lokaal bepaald worden en werd afgewezen. Er werden nieuwe partnerschappen verkend met de Vredesweek, de Week van Respect, Nationale integratiediners en Resto VanHarte.

Vanaf 2013 namen de middelen af en lukt het steeds minder om budget voor landelijke activiteiten te vinden. In 2013 kwam de Landelijke Week van de Dialoog in een spannende tijd terecht. De middelen van bedrijven en overheden droogden op door de economische recessie en bezuinigingen. Karin Oppelland volgt Olga Plokhooij op als directeur op vrijwillige basis. Landelijke partners trekken zich terug. De Week van de Dialoog blijft en er komt lokaal meer en meer dialoog door het jaar heen. De dialoog in ondernemingen, transities in zorg en onderwijs komt tot bloei. En de beweging naar lokaal met een verankering in wijken, buurten en gemeenschappen. Een aantal dialoogplaatsen staat stevig op eigen benen en neemt het voortouw. In 2017 wordt de 10e Week van de Dialoog feestelijk gevierd met een dialoogfestival in Venray. In 2019 is de Stichting Nederland gestopt te bestaan. Betrokkenen van verschillende steden zijn in gesprek over een doorstart.

Lees hier het hele artikel van Olga Plokhooij >>>
Lees meer over 10 jaar Utrecht in Dialoog >>>

Reageren is niet mogelijk